adding spaces between numbers and meter (and m²)

Author: Patrikoosterlynck

source/spp/mhq/spp_001_nl_mhq_heide/04_werkwijze.Rmd

@@ -29,21 +29,21 @@ Volg volgende stappen in chronologische volgorde:
 >
 > 6.  subprotocol vegetatie-opname met Londo-schaal
 >
-> 7.  meten van de variabelen in de 18m plot
+> 7.  meten van de variabelen in de 18 meter structuurplot
 
 ### STAP 1: Navigatie naar een meetpunt
 
 De navigatie naar de steekproefpunten gebeurt met behulp van een zogeheten RTK-GNSS of FIELDMAP installatie (of combinatie van beiden) waarin de X en Y coördinaten van de proefvlakken op voorhand ingelezen zijn.
 De nauwkeurigheid van een commerciële GPS of een ingebouwde GPS in een smartphone is te laag om bij een herbezoek hetzelfde proefvlak voldoende goed te lokaliseren.
 Het kan wel handig zijn om met zo'n toestel eerst naar de omgeving van het meetpunt te navigeren en pas dan over te schakelen naar de nauwkeurige GPS-apparatuur voor het inmeten van de exacte locatie.Eens het meetpunt bepaald is, wordt het vegetatieproefvlak van 3 op 3 meter geïnstalleerd in stap 2.
 
-### STAP 2: Installeren van het vegetatieproefvlak (3mx3m)
+### STAP 2: Installeren van het vegetatieproefvlak (3 m x 3 m)
 
 Het vegetatieproefvlak wordt geïnstalleerd volgens de werkwijze in [protocol sfp-401-nl versie 2023.03](../2023.03/index.html)
 
 De oriëntatie van het proefvlak is als volgt:
 
--   het punt waar naartoe genavigeerd werd is de zuidoostelijke hoek van de vegetatieplot. Hier wordt er een eerst hoekpaaltje geplaatst en van daaruit wordt met behulp van een (digitaal) kompas 3 meter naar het noorden afgemeten en een tweede paaltje geplaatst. Dit wordt herhaald vanaf het tweede hoekpunt naar het westen en tenslotte vanuit het derde hoekpunt naar het zuiden, zodat een vierkant met oppervlakte 9m² bekomen wordt (zie Figuur \@ref(fig:plot9m))
+-   het punt waar naartoe genavigeerd werd is de zuidoostelijke hoek van de vegetatieplot. Hier wordt er een eerst hoekpaaltje geplaatst en van daaruit wordt met behulp van een (digitaal) kompas 3 meter naar het noorden afgemeten en een tweede paaltje geplaatst. Dit wordt herhaald vanaf het tweede hoekpunt naar het westen en tenslotte vanuit het derde hoekpunt naar het zuiden, zodat een vierkant met oppervlakte 9 m² bekomen wordt (zie Figuur \@ref(fig:plot9m))
 
 (ref:plot9m) Oriëntatie van de vegetatie- en structuurplot
 
@@ -99,7 +99,7 @@ Bij het schatten blijf je echter werken alsof je op een volledige plot zou doen,
 In een 3 m x 3 m plot blijft 30 cm x 30 cm dus 1%.
 
 Voor de structuurplot (zie stap 7) wordt gelijkaardig gewerkt en dient ook het aandeel doelvegetatie waarop de inschatting betrekking heeft vermeld te worden.
-De inschatting van de bedekking gebeurt eveneens alsof het een volledige cirkelplot betreft, m.a.w. 10m² is 1%.
+De inschatting van de bedekking gebeurt eveneens alsof het een volledige cirkelplot betreft, m.a.w. 10 m² is 1%.
 In geval van twijfel voeren we de opname uit en documenteren we in het opmerkingenveld
 
 ### STAP 5: Eventueel vervangen van de meetlocatie in het geval het originele meetpunt niet tot de doelpopulatie behoort
@@ -110,25 +110,25 @@ In geval van twijfel voeren we de opname uit en documenteren we in het opmerking
 
 [zie protocol sfp-401-nl versie 2023.03](../2023.03/index.html)
 
-### STAP 7:meten van de variabelen in de 18meter-plot
+### STAP 7:meten van de variabelen in de 18 meter-structuurplot
 
-Aandeel doelvegetatie in de 18m-plot opgeven!
+Aandeel doelvegetatie in de 18 meter-plot opgeven!
 
 Alle criteria worden voor elk habitattype gescoord.
 Indien afwezig scoor je met de waarde 0.
 
 **Verbossing**
 
-De 18m-cirkelplot wordt bekeken voor wat betreft verbossingsgraad (relatieve bedekkingsgraad in %).
+De 18 meter-structuurplot wordt bekeken voor wat betreft verbossingsgraad (relatieve bedekkingsgraad in %).
 Alle houtige gewassen vanaf 80cm hoogte worden meegeteld voor deze schatting.
 Bomen en struiken die vanuit het naastgelegen bos of houtkant overhangen worden niet meegerekend voor deze indicator.
 Eventuele overlap tussen boom- en struiklaag wordt niet dubbel geteld.
 Het gaat m.a.w. over het aandeel doelvegetatie in de structuurplot die overdekt wordt door bomen of struiken.
-Hou voor de schatting van de bedekking in het achterhoofd dat 10m² ongeveer 1% is van de 18m-cirkelplot (\~1017m²).
+Hou voor de schatting van de bedekking in het achterhoofd dat 10 m² ongeveer 1% is van de 18 meter-cirkelplot (\~1017 m²).
 Schattingen tot op 1% nauwkeurig zijn redelijk haalbaar bij lage bedekkingen,maar worden lastiger naarmate de verbossingsgraad toeneemt.
 Interpretatie via luchtfoto of een schets zijn hierbij een hulpmiddel.
 Indien een gedeelte van de plot geen doelvegetatie bevat wordt dit deel niet in beschouwing genomen voor de verbossing.
-Maar de inschatting gebeurt wel volgens dezelfde verdeling m.a.w. 10m² blijft 1% ook al ben je bv.
+Maar de inschatting gebeurt wel volgens dezelfde verdeling m.a.w. 10 m² blijft 1% ook al ben je bv.
 maar op een halve cirkelplot aan het meten.
 
 **Successiestadia van buntgrasvegetaties**